Sinds 1 januari 2018 zijn de provincies verder afgeslankt en verschillende beleidsdomeinen kwijt.
In het verleden waren zij nog bevoegd voor o.a. Cultuur, Sport en Welzijn. De afgelopen twee legislaturen gaat de afbouw van de provincie Antwerpen verder, maar langzamer dan een eik tot een eettafel uitgroeit. Tot die tijd moet de verkoop of aanbod van meerdere panden en historische gebouwen zoals het voormalig zilvermuseum Sterckshof, het Kievitklooster en het provinciaal veiligheidsinstituut de provincie financieel boven water houden.
Maar ook verschillende herenhuizen waaronder recent nog het voormalig gebouw waar Toerisme Provincie Antwerpen (TPA) gehuisvest was werden door de provincie te koop aangeboden.
De afslanking is in werkelijkheid een kunstmatig en onwerkbaar compromis tussen de twee meerderheidspartijen N-VA die de provincies hoe sneller hoe beter wil afschaffen en de CD&V die ze wil behouden zoals ze nu zijn.
Het bleek de zoveelste hertekening van het provinciaal niveau.
De reducering van het aantal bevoegdheden van de provincie is echter maar een zoveelste tussenstap.
Het is geen geheim dat in 2024 de stekker er helemaal uit gaat en de provincies ophouden te bestaan. Zeker nu informateur Bart De Wever in zijn startnota voor een nieuwe Vlaamse regering aankondigt dat het provinciale bestuursniveau moet verdwijnen. Ondertussen kabbelt deze overheidsinstelling verder en wordt de lijdensweg –vooral dan bij het personeel- steeds pijnlijker.
Met alle waardering voor onze landbouwers, maar sommigen vergelijken de provincie hoe langer hoe meer met een jaren 60 tv- aflevering ‘voor boer en tuinder.
En zo verdwijnt de vroegere glorie van de provincie dus zelf als vanzelf …..
Namens onze fractie stelde Jan Claessen via een interpellatie volgende vragen :
1) Voert de deputatie nog een gedreven en slagkrachtig beleid nu wellicht de provincies eind deze legislatuur uitdoven?
2) Wat doen we met de provincie zolang die er nog is?
3) Heeft deputé Luk Lemmens als oud- voorzitter en ondervoorzitter van VVP meer inzicht in de plannen van de Vlaams informateur?
De heer LEMMENS : De deputatie voert een gedreven en slagkrachtig beleid en de vraag of de deputatie voor of tegen is, is irrelevant. De deputatie staat voor een sterk provinciaal beleid, waar de provincies een uniek verschil kunnen maken in hun dienstverlening naar de gemeenten. Enkele voorbeelden daarvan zijn de uitbouwen van bovenlokale fietsinfrastructuur, het investeren in innovatie, het wegwerken van knelpuntberoepen, het beheer van de niet-bevaarbare waterlopen en het gebiedsgericht beleid waar de provincie mee zoekt naar oplossingen bij bovenlokale projecten. De provincie wil gemeenten ondersteunen en op die manier kan de heer Lemmens de ambitienota ten volle onderschrijven. Hiervoor kiest de provincie voor constructief beleid: doen waarvoor men verkozen werd. Uiteraard willen de provincies de streekmotor zijn. Dit uit zich in de dienstverlening aan de lokale besturen, die de provincie liever nog niet zien verdwijnen. Dat zijn zeker nog taken waar de provincies hun meerwaarde bewijzen. De startnota is een basis voor de onderhandelingen die nu lopen. Bij die onderhandelingen zit geen enkel lid van de deputatie of de VVP aan tafel en kan er dus geen rechtstreekse invloed uitgeoefend worden.
De heer LEMMENS meent dat hij door zijn ervaring als gedeputeerde een andere mening heeft gevormd over het provinciaal bestuur en dat hij het niet nalaat deze mening te kennen te geven in zijn partij. Spreker is overtuigd van de meerwaarde van de provincies.